Wist je dat er in de pre-historie reusachtige varens, met een hoogte van wel 18 meter, bestonden?
Tijdens het Carboon tijdperk (ruim 300 miljoen jaar geleden) waren door het warme klimaat de omstandigheden voor de varen uitermate geschikt om tot reuzen uit te groeien. Deze varens bereikten dan ook hoogtes tot 18 meter. Ook andere planten konden aanmerkelijk groter worden dan we tegenwoordig gewend zijn.
In het prehistorische tijdperk, vooral tijdens het Paleozoïcum en Mesozoïcum, bestonden er inderdaad enorme varens. Deze tijdperken, die honderden miljoenen jaren geleden plaatsvonden, waren door het warme klimaat voor de varens uitermate geschikt om tot reuzen uit te groeien en werden gekenmerkt door een weelderige vegetatie, waaronder dus gigantische varens, tot wel 18 meter hoog en andere reusachtige plantensoorten.
Tijdens het Carboon (ongeveer 359 tot 299 miljoen jaar geleden) waren er enorme bossen met varens, die de aarde bedekten en bijdragen aan de vorming van grote koolmijnlagen die we vandaag de dag kennen. Deze varens konden enkele meters hoog worden en waren vaak boomachtig van structuur.
In het Mesozoïcum (ongeveer 252 tot 66 miljoen jaar geleden), dat het tijdperk van de dinosauriërs omvat, bleven varens een belangrijk onderdeel van de flora, hoewel ze werden vergezeld door andere planten zoals coniferen en vroegere bloemplanten. De varens in deze tijd konden nog steeds indrukwekkende afmetingen bereiken, hoewel ze niet zo groot waren als in het Carboon.
De grote varens van die tijd speelden een cruciale rol in de ecosystemen van die periodes, door het bieden van voedsel en schuilplaatsen voor vele vroege dieren en door bij te dragen aan de atmosferische samenstelling van de aarde.
De afbeelding bij dit artikel komt van Pexels.com